EEN (SCHROEF)BOORMACHINE KIEZEN: AANDACHTSPUNTEN 

Natuurlijk moet je eerst nagaan voor welke karwei(en) je een toestel wil aanschaffen. Maar waarop moet je verder nog letten bij het kiezen van een (schroef)boormachine? Waarom zou je voor een elektrische machine of een toestel op accu kiezen? Naar welke specificaties moet je kijken om niet met een te licht, dan wel een te zwaar toestel opgescheept te zitten? Hoe gebruik je het veiligst een boormachine? We beantwoorden die vragen in dit artikel.

ACCU OF NETSTROOM?

OP ACCU

Er valt wat te zeggen om een (schroef)boormachine op accu te kiezen. Het is flexibel. Je hangt niet vast aan een snoer die je moet inpluggen om tot bij je werkstuk te komen. Check wel altijd de accucapaciteit (uitgedrukt in Ampère/uur of Ah) van je machine – ofte: hoe lang je ermee kan werken zonder te moeten opladen.

  • Voor kleine klussen is 1,7 Ah ruimschoots voldoende;
  • ga je langer dan een uur werken, dan kies je best een accu met een Ah tusen de 2 en 2,5;
  • gebruik je dagelijks een boormachine op accu, dan ga je best voor een machine met een Ah van 3 of 4.

Het voornaamste nadeel is het lagere vermogen en het lagere toerental dat een dergelijke machine aankan, waardoor het in de meeste gevallen minder krachtig is dan een model met snoer.

Bang dat de accu's vlug op geraken? Zorg dat je er twee hebt, alsook een oplader. Je kan dan steeds afwisselen met een volle batterij, waardoor je onafgebroken kunt verder werken. Zeker wanneer je meer moet schroeven dan boren, is een machine op accu aan te raden.

Bekijk hier onze schroef- en boormachines op accu

OP NETSTROOM

Een elektrische boormachine, of elektroboormachine heeft in de meeste gevallen een hoger vermogen en toerental. Een elektroboormachine garandeert ook een continue voeding. Althans, zolang de stroom niet uitvalt, maar wanneer kom je dat echt tegen? Alleen de kabel kan soms wat storend zijn, zeker als je op hoogte moet werken.

Bekijk hier onze schroef- en boormachines op netstroom

MET OF ZONDER KOOLBORSTELS?

Elektrische boormachines werken met koolborstelmotoren, die zorgen ervoor dat er spanning vloeit van het statische deel naar de bewegende delen van de boormachine. Bij motoren zonder koolborstels gaat de stroomvoorziening anders te werk, maar dan zonder die koolborstels en dat biedt enkele voordelen:

  • een energiezuinige motor;
  • de motor wordt minder snel warm;
  • een langere looptijd van de accu.

Bekijk hier onze koolborstels

SPECIFICATIES

We haalden al de accucapaciteit aan, maar er zijn nog determinanten die je op weg helpen bij de keuze van je toestel. Welke boormachine je ook kiest, je wil een krachtig model die je geplande klussen meester kan. De kracht van een boormachine ga je na met de volgende indicatoren:

VERMOGEN (WATT, W)

  • Tot 600 Watt is goed voor lichte boorwerken.
  • Voor alle werken rond het huis kies je best een machine met een vermogen tussen 600 en 900 Watt.
  • Zware renovatiewerken? Kies dan een machine met een vermogen boven de 900 Watt.

SLAGKRACHT (JOULE, J)

Hoe hoger het vermogen, hoe beter de slagkracht of de energie van de boorbeweging. 

  • Om door beton te boren, kies je best een machine met een slagkracht van 2,2J.
  • Moet je gaten boren die groter zijn dan 22mm, kies je best een machine die tot 3J slagkracht heeft.

TOERENTAL (RPM)

Dit slaat op het aantal toeren per minuut. Die kan je op twee manieren regelen:

  • door harder of zachter op de aan/uitknop te drukken, hoe harder je drukt, hoe meer toeren de machine maakt;
  • met een mechanische versnelling dat je in twee standen kan zetten: snel en traag 

Enkele aandachtspunten hierbij:

  • een laag toerental is beter om te schroeven (zo houd je betere controle over je machine);
  • een laag toerental gebruik je wanneer je moet boren door zachtere materialen als vurenhout;
  • in inox, kunststof en glas boor je eveneens beter met een laag toerental;
  • hardhout, staal en steen benodigen een hogere boorsnelheid;
  • een hoger toerental gebruik je door de band als het om een grotere diameter gaat.

KOPPEL OF SLIPKOPPELLING (NEWTONMETER, NM)

Het koppel – ook wel bekend als slipkoppeling - slaat op het draaivermogen van de machine en bepaalt in welke mate de machine door dikkere materialen kan boren. Hoe hoger het cijfer op de instelring, hoe meer kracht de machine produceert. Deze begrenst de machine zodat je ze niet kan overbelasten. Pas het koppel altijd aan aan je klus, zo voorkom je dat de machine vastloopt of je schroefkop doordraait door te veel weerstand - niet onbelangrijk voor je pols!

Je stelt het koppel in zodanig dat de machine ontkoppelt wanneer de schroef gelijk komt met het materiaal. Hoe je dat instelt is afhankelijk van de afmetingen van de schroeven die je wil inbrengen (hoe dikker, hoe hoger het koppel), de hardheid van de ondergrond en de hardheid van hetgeen je wil bevestigen.

  • Minder dan 25 Nm is goed voor licht schroefwerk in zachte houtsoorten en gipsplaten.
  • Met een Nm tussen de 25 en 40 Nm ben je al safe voor Europese hardhoutsoorten, bijvoorbeeld eik.
  • Voor zwaarder werk ga je voor 50 Nm of meer.

Zet je je machine in boorstand, dan kan die niet slippen. Doe dit niet bij het schroeven! Je zal wel je schroef door je materiaal krijgen, maar dat is niet goed voor je motor of je schroefbit.

SPANNING (VOLT, V)

Bij accuboormachines is dit ook een belangrijke factor. Hoe hoger de spanning, hoe meer kracht de accu kan leveren.

  • 3,6 tot 12 volt is goed voor schroefwerk in hout en gips.
  • Voor het zwaardere geschut kies je een machine met 18 volt of meer.

VEILIG WERKEN

VOOR HET BOREN OF SCHROEVEN

  • Stel het koppel altijd goed in om te voorkomen dat je je pols ontwricht of dat de boor breekt.
  • Zorg ervoor dat je boor of bit goed vaststaat op de boorkop van je machine.
  • Gebruik geen stompe boren, deze kunnen oververhitten of breken.
  • Ga je ergens in huis boren? Wees zeker dat je geen gas-, water-, of elektriciteitsleidingen raakt. Genoeg toestellen op de markt om dergelijke zaken op voorhand te detecteren.

TIJDENS HET BOREN OF SCHROEVEN

  • Houd de machine altijd met twee handen vast en zorg dat je stabiel staat.
  • Vang het gruis op met een stofzuiger. Moet je boven je hoofd boren? Draag dan een veiligheidsbril en vang het gruis op met een bekertje dat je over je boor kan doen.
  • Bij zwaardere machines als een boorhamer zijn oordoppen of oorkappen ook aangewezen.